Koolhydraten

De bouw van een koolhydraat:

• een koolhydraat bestaat uit meerdere suikermoleculen
• monosachariden (glucose, fructose, galactose, desoxyribose en ribose)
• disachariden (maltose, sucrose, lactose)
  
• polysachariden;
  • plant; zetmeel (amylopectine en amylose), cellulose en pectine (vezels die niet goed afgebroken kunnen worden, alleen door de bacteriën in de darm, bevorderen de darmperistaltiek)
  • dieren; glycogeen en chitine

De functie van een koolhydraat: vooral brandstoffen, ook bouwstoffen (o.a. in RNA, DNA en in celmembranen).

• Een teveel aan opgenomen koolhydraten wordt omgezet in glycogeen (in spieren en lever)
• Overdaad van koolhydraten wordt omgezet in vet (in onderhuids bindweefsel of rondom organen)