Havo-5 thema 3 Voeding
Spoore elementen
- moeten in geringe hoeveelheden in het voedsel aanwezig zijn
- spoorelementen zijn vaak bestanddeel van enzymen of hormonen
- teveel levert al snel toxische waarden op met grote effecten
Verschillende spoorelementen;
- ijzer (Fe2+/Fe3+); vaak als co-factor voor enzymen, kan oxidator en reductor zijn, zorgt voor O2 verplaatsing door rode bloedcellen,
- zink (Zn2+); komt in alle cellen voor maar vooral bot en spier, als co-enzym en als transcriptiefactor, absorptie door dunne darm, er is een cyclus van zink van dunne darm naar pancreas (enteropancreatic cycle)
- jood (I); onderdeel van thyroxine hormoon, reguleert lichaamstemperatuur/metabolisme/groei/aanmaak bloedcellen/zenuwstelsel/spierwerking, samenhang met ijzer
- selenium (Se); is een anti-oxidant en co-enzym
- koper (Cu2+); is een co-enzym, reageert sterk met zuurstof, samenhang met zink en ijzer
- mangaan (Mn); metabolische processen, botweefsel, co-factor voor enzymen, omzetting van pyruvaat naar acetyl Co-A
- fluoride (F); vooral in tanden
- chroom (Cr); metabolisme van koolhydraten en vetten
- molybdeen (Mo); co-enzym
Phyto-chemicals afgegeven bij het eten van planten.