VWO-3 thema 4 voortplanting
tot ovulatie
Periode tot de ovulatie
- De hypofyse produceert FSH en LH.
- Onder invloed van FSH worden follikels groter en ontstaan er holten in, gevuld met vocht.
- Onder invloed van FSH en LH produceren cellen van de wand van de follikel oestrogenen (o.a. oestradiol en oestron).
- Onder invloed van oestrogenen wordt het baarmoederslijmvlies dikker en gaat het meer klieren bevatten.
- Oestrogenen stimuleren de hypofyse tot de secretie van meer LH en remmen de secretie van FSH.
- Halverwege de menstruatiecyclus: ovulatie
- Onder invloed van LH neemt een rijpe follikel veel vocht op en barst open.
- Ovulatie: de rijpe eicel komt vrij.
- Vindt binnen 12 uur geen bevruchting plaats, dan gaat de eicel te gronde en worden de resten geresorbeerd.
- Onder invloed van LH ontstaat het gele lichaam uit het in de eierstok achtergebleven follikelweefsel.