VWO-3 thema 4 voortplanting
Geboorte
- Onder invloed van het hormoon oxytocine uit de hypofyse beginnen de weeën (samentrekkingen van spieren in de baarmoederwand).
- Het onderste deel van de baarmoederwand en de baarmoederhals worden rond het hoofdje van de foetus getrokken (indaling).
- De opening in de baarmoederhals wordt groter, de vruchtvliezen breken en het vruchtwater vloeit weg.
- Door persweeën (krachtige weeën waarbij ook buikwandspieren zich samentrekken) komt het kind ter wereld.
- Doordat de navelstreng wordt afgeklemd en doorgeknipt, stijgt het koolstofdioxidegehalte van het bloed van de baby. Hierdoor komt de ademhaling op gang.
- De placenta, de resten van de navelstreng en de vruchtvliezen worden uitgedreven.