Functie van DNA
In een DNA-keten is enorm veel informatie opgeslagen, het DNA bevat informatie voor al je eigenschappen. Bijvoorbeeld de kleur van je ogen. Het gekleurde deel van je ogen heet de iris. Een cel in je iris bevat kleurstoffen. Welke kleurstoffen dat zijn (bijvoorbeeld bruine of blauwe), is vastgelegd in het DNA. Het DNA bepaalt welke kleurstoffen een cel in je iris maakt.
Die informatie is in het DNA opgeslagen door de volgorde van de basenparen A–T en C–G. Hoe dat werkt, kun je vergelijken met taal. Het Nederlandse alfabet bestaat uit 26 letters. Met die letters kun je veel verschillende combinaties maken. Elke combinatie heeft een andere betekenis. Bijvoorbeeld: ‘periode’ betekent iets anders dan ‘eierdop’. Maar de letters zijn hetzelfde. In het DNA is informatie op dezelfde manier opgeslagen, maar dan met maar vier letters (de basen).