VWO-2 thema 5 Waarnemingen, zintuigen en gedrag
Route van impulsen
- Zenuwen kunnen heel lang zijn, soms wel een meter.
- Toch ben je in staat heel snel te reageren.
- De impulsen worden dus met grote snelheid (120 meter/seconde) door het zenuwstelsel voort geleid.
- Bij het reageren op prikkels kunnen impulsen via verschillende wegen door het zenuwstelsel worden voort geleid.
- Bij een bewuste reactie gaan er eerst impulsen van je zintuigen naar je hersenen.
- Je wordt je bewust van de prikkels die je zintuigen opvangen.
- Je beslist hoe je wilt reageren, waarna impulsen van je hersenen naar je spieren gaan. Je spieren trekken samen en je reageert.
- Bij een reflex gaan de impulsen niet via je hersenen.
- Een reflex is een vaste, snelle, onbewuste reactie op een bepaalde prikkel.
- Voorbeelden van reflexen zijn de terugtrekreflex, de ooglidreflex en de pupilreflex.
- Je wilt je hand afspoelen. Het water blijkt heel heet te zijn. Zodra je in aanraking komt met het hete water, trek je je hand terug. Pas daarna voel je de pijn.
- Door het hete water op je hand ontstaan impulsen in zintuigcellen in je huid. Deze impulsen worden via gevoelszenuwcellen naar schakelcellen in je ruggenmerg geleid.
- De schakelcellen in het ruggenmerg geleiden de impulsen direct door naar bewegingszenuwcellen.
- De bewegingszenuwcellen geleiden de impulsen naar spiercellen van de armspieren. Hierdoor trekken je armspieren zich samen, waardoor je je arm terugtrekt.