VWO-6 thema 3 Gaswisseling en uitscheiding
Ademhalingsstelsel van de mens
- Bij organismen is het ademhalingsstelsel van belang voor gaswisseling. Hoe dit stelsel er uitziet verschilt per levensvorm.
- Bij mensen en veel andere zoogdieren bestaat het ademhalingsstelsel uit longen, luchtpijp en spieren voor ademhaling. In het ademhalingsstelsel worden zuurstof en koolstofdioxide uitgewisseld.
- Vogels hebben een ademhalingsstelsel waarin de longen worden geventileerd middels luchtzakken, iets wat alleen bij vogels voorkomt. In deze zakken vindt geen directe gaswisseling plaats, maar ze slaan lucht op en doen dienst als een soort blaasbalg waardoor de longen vrijwel altijd verse lucht bevatten en vrijwel geen menging plaatsvindt van zuurstofrijke en zuurstofarme lucht, zoals dat bij zoogdieren wel het geval is. Vogellongen hebben geen longblaasjes, zoals zoogdierlongen dat hebben.
- Andere dieren, zoals insecten, hebben een ademhalingsstelsel met een relatief simpele opbouw. Bij amfibieƫn speelt de huid een belangrijke rol bij de gaswisseling.
- Bij de meeste vissen zijn de kieuwen het belangrijkste onderdeel van het ademhalingsstelsel. Er zijn echter ook vissen die longen hebben, zoals de longvissen.
- Planten kennen ook een soort ademhalingsstelsel, maar de gaswisseling is bij planten vaak het tegenovergestelde van dat bij dieren. Ook uniek aan het ademhalingsstelsel van planten is dat de gaswisseling deels plaatsvindt via huidmondjes.
Licentie: eigendomslicentie