VWO-5 thema 1 Regeling en waarneming
neurotransmitters
- Acetylcholine
- betrokken bij de impulsoverdracht van neuronen naar skeletspieren
- veroorzaakt branderig gevoel bij insectenbeten
- bij tekort kan er verlamming van ademhalingsspieren optreden
- GABA;
- inhiberende neurotransmitter in de hersenen
- effectiviteit vermindert bij een tekort aan vitamine B1 of tijdens afkicken van alcoholverslaving, gevolg angst, slapeloosheid en epileptische aanvallen
- Dopamine
- heeft invloed op goed gevoel hebben
- drugs vertraging de recycling van dopamine --> overstimulatie
- Mensen met Parkinson hebben een tekort aan dopamine, betekent verlies spiercontrole
- Mensen met ADHD hebben een onbalans in dopamine concentraties
- Adrenaline
- heeft perifere vaatvernauwing tot gevolg en een hogere hartslag (opwekkend vermogen)
- heeft perifere vaatvernauwing tot gevolg en een hogere hartslag (opwekkend vermogen)
- Noradrenaline
- teveel geeft euforisch gespannen gevoel, te weinig kan depressiviteit veroorzaken
- teveel geeft euforisch gespannen gevoel, te weinig kan depressiviteit veroorzaken
- Serotonine
- inhiberende neurotransmitter, heeft effect op stemming, zelfvertrouwen, emotie, seksuele activiteit en eetlust
- inhiberende neurotransmitter, heeft effect op stemming, zelfvertrouwen, emotie, seksuele activiteit en eetlust
- Histamine
- heeft effect op slaapprocessen en waakzaamheid
- heeft effect op slaapprocessen en waakzaamheid
- Endorfines
- werken pijn onderdrukkend en kunnen euforie veroorzaken
- drugs heeft invloed op de werking van endorfine
- Glutamaat
- werkt stimulerend op andere zenuwcellen
- onbalans tussen glutamaat en GABA veroorzaakt epileptische aanvallen
- Vasopressine (ADH)
- speelt rol bij agressie, bloeddruk en lichaamstemperatuur
Licentie: eigendomslicentie